Executieve functies

Executieve Functies en Hoogbegaafdheid: Wat We Weten
Executieve functies zijn de cognitieve vaardigheden die ons in staat stellen om te plannen, organiseren, problemen op te lossen, ons gedrag te reguleren en om impulsen te beheersen. Ze zijn van cruciaal belang voor het academisch succes en het dagelijkse functioneren, maar de ontwikkeling ervan kan variëren, vooral bij hoogbegaafde kinderen.
In veel gevallen wordt aangenomen dat hoogbegaafde kinderen als gevolg van hun snelle cognitieve ontwikkeling ook beter zijn in het beheersen van executieve functies. Echter, verschillende studies wijzen erop dat dit niet altijd het geval is. Integendeel, sommige hoogbegaafde kinderen ervaren juist een vertraging in de ontwikkeling van executieve functies in vergelijking met hun cognitieve capaciteiten.
Vertraging in Executieve Functies
Hoewel hoogbegaafde kinderen vaak excelleren in cognitieve taken zoals geheugen, probleemoplossing en analytisch denken, kunnen ze op het gebied van executieve functies in eerste instantie juist achterlopen. Dit komt mogelijk doordat de ontwikkeling van executieve functies vaak minder voorspelbaar en meer afhankelijk is van sociale en emotionele ervaringen dan andere cognitieve functies.
Studies zoals die van Dr. Ellen Winner (2015) stellen dat bij veel hoogbegaafde kinderen de impulscontrole, taakinitiatie en planningsvaardigheden zich pas later ontwikkelen. Dit komt doordat deze kinderen vaak niet gedwongen worden om moeite te doen voor hun prestaties in de vroege schooljaren. Ze kunnen daardoor minder oefenen met het ontwikkelen van zelfregulatie en organisatievaardigheden, simpelweg omdat ze de stof vaak snel beheersen zonder dat er noodzaak is om strategisch te werken.
De Verschillen in de Ontwikkeling van Executieve Functies
Bij hoogbegaafde kinderen kan de ontwikkeling van executieve functies anders verlopen dan bij leeftijdsgenoten, die vaak op een meer lineaire manier deze vaardigheden ontwikkelen. Dit kan resulteren in een zekere mismatch tussen hun intellectuele capaciteiten en hun vaardigheden in het plannen, organiseren en reguleren van hun eigen gedrag. Dit fenomeen kan zich bijvoorbeeld uiten in het volgende:
- Problemen met Impulscontrole: Hoogbegaafde kinderen kunnen moeite hebben om hun impulsen te controleren, vooral wanneer ze zich vervelen of de stof te makkelijk vinden. Het gebrek aan uitdaging kan leiden tot gedragsproblemen of frustratie, omdat de prikkels die hen normaal gesproken motiveren niet aanwezig zijn.
- Onvolledige of niet-gestarte taken: Aangezien hoogbegaafde kinderen vaak snel inzicht krijgen in leerstof, kan hun vermogen om taken te plannen en op tijd af te ronden, achterblijven. Ze hebben mogelijk moeite met het organiseren van werk of het vaststellen van concrete stappen om een taak af te ronden, omdat ze nooit echt hebben geleerd hoe ze structuur aan hun werk moeten geven.
- Emotionele regulatie: Het vermogen om emoties effectief te reguleren is vaak trager ontwikkeld bij hoogbegaafde kinderen. Omdat deze kinderen vaak als ‘anders’ ervaren worden door hun omgeving, kunnen ze met grotere intensiteit reageren op sociale uitdagingen, wat hen belemmert in hun sociale integratie en zelfregulatie.

Ondersteuning en Begeleiding
Het begrijpen van de specifieke ontwikkelingspatronen van executieve functies bij hoogbegaafde kinderen is cruciaal voor het bieden van effectieve ondersteuning. Het is belangrijk dat onderwijsprofessionals en begeleiders zich realiseren dat een hoog cognitief vermogen niet altijd hand in hand gaat met goed ontwikkelde executieve functies.
Bijvoorbeeld, het bieden van gestructureerde begeleiding in de vroege stadia van school kan helpen om deze functies te versterken. Dit kan door het aanbieden van doelgerichte en uitdagende leerervaringen, waarbij kinderen leren om systematisch te werken, plannen en organiseren. Tevens is het essentieel om hen de ruimte te geven om ook te falen en daar van te leren, zodat ze oefenen met het ontwikkelen van doorzettingsvermogen en taakinitiatie.
Daarnaast is het belangrijk om te erkennen dat deze kinderen vaak baat hebben bij individuele begeleidingof kleine groepen, waar ze in hun eigen tempo kunnen werken en toch voldoende uitdaging krijgen om hun executieve functies verder te ontwikkelen.
Conclusie
De ontwikkeling van executieve functies bij hoogbegaafde kinderen wijkt af van het algemene ontwikkelingspad dat we zien bij andere kinderen. Hoewel hun cognitieve capaciteiten vaak voorlopen, kunnen hun executieve functies in eerste instantie achterblijven, met name in de vroege jaren van hun leven. Het is essentieel dat begeleiders en scholen zich bewust zijn van deze vertraging en de juiste ondersteuning bieden die past bij de specifieke behoeften van deze kinderen. Door hen op een holistische manier te ondersteunen – zowel cognitief als emotioneel – kunnen we hen helpen hun volledige potentieel te realiseren.